Alexander Buskermolen over (on)toegankelijk muziekonderwijs
Dit is een artikel uit de Cultuurkrant, editie 28, december 2023.
We zijn, denkt Alexander Buskermolen, nu op het dieptepunt van een ontwikkeling die al enige decennia voortduurt. Hij mengt zich regelmatig in de discussie over muziekeducatie, vooral de teloorgang van dat onderwijs. Beknopt schetst hij dat proces: stopzetten van subsidies aan muziekscholen, algehele liberalisering en nadruk op marktwerking, gemeenten die zich minder verantwoordelijk voor de muziekschool voelden, gemeentelijk cultureel vastgoed (‘als ze dat nog hebben’) dat in feite verhuurlocaties voor zzp’ers werd.
‘Bovendien is de betaalbaarheid verslechterd door al die bezuinigingen en is buitenschoolse muziekeducatie inmiddels een elitaire hobby geworden voor kinderen van rijke ouders of van ouders die zelf spelen en contacten in de muziekwereld hebben. Een soort Formule 1-model. Daar heb je ook heel veel geld nodig, of heel goede contacten in de F1-wereld, om er te komen. Dat wil ik niet voor onze sector.’
De overheid heeft flink ingezet op binnenschoolse muziekeducatie, die is toch voor elk kind toegankelijk? Dat is toch positief?
‘In vergelijking met de muziekeducatie die ik vroeger kreeg – ik ben 38 – is er nu veel meer, zeker op de basisschool. De focus van de overheid ligt nu echter vrijwel alleen op het binnenschoolse. Dat is talentontwikkeling, zeggen politici. Wij zeggen: dat is een snuffelcursus, kennismaken, ontdekken wat je leuk vindt. Zo leid je geen beroepsmusici op; daarvoor is echt dat uur, of halve uur per week individuele les nodig. Op het ministerie van OCW wordt vreemd gekeken als je dat zegt. Maar als je dat niet begrijpt, leef je echt in een ander universum.’
Dus straks hebben we alleen nog Formule 1-musici?
‘Of musici uit het buitenland. Dat zie je al op de conservatoria en in de orkesten. Bij het Prinses Christina Concours ligt het niveau van de gemiddelde Nederlandse deelnemer lager dan dat van de Vlaamse kandidaten. Daarin zie je direct de gevolgen van de verschillen in ons onderwijssysteem. Ik vind dat je als overheid niet de hele tijd ‘diversiteit en inclusie’ kunt roepen om vervolgens alles te sluiten wat betaalbaar is. Als het voor grote groepen onbetaalbaar is, kun je niet van de sector eisen dat die een representatieve afspiegeling van de samenleving geeft.’
Wat moet de overheid doen om het muziekonderwijs uit het slop te trekken?
‘Dan moet je structureel buitenschoolse muziekeducatie faciliteren, met docenten, het lesgeld ook subsidiëren of gratis maken, om nieuwe generaties verdiepend onderwijs te geven dat verder gaat dan snuffelen. Want voor je het over talentontwikkeling kunt hebben, ben je al aardig wat jaren bezig met het ontwikkelen van techniek en expressie.’
‘Het conservatorium is lang niet voor iedereen het einddoel, maar gedegen muziekonderwijs zorgt wel voor een toename van de toestroom naar de conservatoria. Met betaalbaar buitenschools muziekonderwijs bereik je dat kinderen zo ver kunnen komen als ze kunnen en willen. Dat is de essentie van kansengelijkheid.’
Waar liggen op dit moment de beste kansen?
‘Naast wettelijke verankering van een gemeentelijke culturele zorgplicht en betaalbare buitenschoolse muziekeducatie biedt het programma School en Omgeving goede kansen als vervolg op de binnenschoolse educatie. Daar moeten we nu op inzetten. Ik pleit ervoor dat iedere school een muzieklokaal inricht, met instrumenten en een vakdocent. Met verruimde openingstijden kun je daar verdiepend muziekonderwijs bieden. Dan heb je meteen het bereik dat je wilt.’
‘Er is ook maatschappelijke winst mee te behalen: ik hoor zó vaak van de scholen waar structureel aandacht voor cultuur is dat zij minder gedoe hebben met pesten of geweld. Cultuureducatie creëert een ander soort jongeren. Het blijven pubers natuurlijk, maar ze zijn reflectiever, socialer.’
Hoe realistisch acht u de kans dat een volgend kabinet daadwerkelijk iets voor het brede muziekonderwijs gaat doen?
‘GroenLinks-PvdA is voor betere faciliteiten voor muziekonderwijs, de BBB wil dat er ook in het buitengebied culturele voorzieningen zijn, dicht bij de mensen. Zij lijken het muziekverenigingsleven hoog in het vaandel te hebben. Vraag blijft natuurlijk of ze ook de knip trekken, of de politieke wil er echt is.’
‘Gratis of goed betaalbaar muziekonderwijs ís mogelijk. In Luxemburg is men begonnen met gratis onderwijs voor iedereen onder 18 jaar. In België kunnen kinderen voor 90 euro per jaar les krijgen. Het effect manifesteert zich bij ons: er komen steeds meer Belgen in de finale en ook bij ons regioconcours in Limburg en Noord-Brabant zien we veel Vlamingen sinds we die ook toelaten. Elders in Nederland krijgen we sommige weekends niet meer vol.’
Wat kan de sector zelf doen?
‘We moeten beter de krachten bundelen en ons vaker laten horen. Als er een voetbalclub op de fles dreigt te gaan, heeft de gemeente meteen honderden ouders op de stoep. Maar als er een muziekschool failliet gaat, gaan er weliswaar alarmbellen af, maar er wordt niet massaal geprotesteerd voor het gemeentehuis. Dat zouden we wel moeten doen. Maar wij zijn brave burgers. Voor wij ons laten horen moet de overheid eerst een kwart van het totale cultuurbudget wegbezuinigen, zoals in 2012 is gebeurd. Dát is ook onderdeel van die neerwaartse spiraal.’
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)