De bagage voor kunstvakdocenten in vo en vrije tijd

Verslag LKCAtelier 26 september 2024
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Eind september presenteerden LKCA en Sardes de hoofdlijnen van twee nieuwe beroepsprofielen voor kunstvakdocenten: voor het voortgezet onderwijs en voor de vrije tijd. Ze maken ook duidelijk welke kansen en hobbels er liggen in deze werkvelden.

Samen met Sardes werkt LKCA aan nieuwe, actuele beroepsprofielen voor de diverse werkvelden van kunstvakdocenten. Vorig jaar verscheen het eerste beroepsprofiel, voor het primair onderwijs en kinderopvang. Eind september presenteerden ze tijdens het LKCAtelier de hoofdlijnen van de volgende twee beroepsprofielen, voor het voortgezet onderwijs (vo) en voor de vrije tijd.
Ook nu weer vormen de profielen de weerslag van wat beroepsbeoefenaars zelf belangrijk en nodig vinden voor het goed uitoefenen van hun werk. De profielen geven inzicht in wat dit werk precies behelst en wat je ervoor moet kennen en kunnen.

Schaap met vijf poten

Het werkveld van de kunstvakdocent in de vrije tijd is zeer divers. ‘Het kan om individuele of groepslessen gaan, kort of structureel, en voor jong en oud’, vertelt Sardes-onderzoeker Carlijn Waaijer.
Het werk draait, aldus de kunstvakdocenten, om het overdragen van kunstzinnige vaardigheden en technieken, maar ook om creativiteits- en talentontwikkeling en om sociaal-emotionele doelen als zelfvertrouwen, samenwerken en ontmoeting bevorderen. Dit vraagt om vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogische vaardigheden. Daarnaast moet je in dit werkveld ook ondernemend zijn: de meeste beoefenaars zijn zzp’er en moeten dus zelf hun werving, planning en organisatie doen. ‘Ze zijn op zichzelf aangewezen en dat kan kwetsbaar zijn’, aldus Waaijer.
‘Je moet van vele markten thuis zijn’, reageert Otine van Erp (Voorzitter van de NOVAM). Ook Ryan Emmen (Cultuurconnectie) kreeg de associatie van een schaap met vijf poten. ‘En hun arbeidsmarkt wordt er niet simpeler op. Zo zorgt de handhaving op schijnzelfstandigheid voor veel onrust in de sector.’

Bijscholing

Doordat er geen wettelijke (bevoegdheids)eisen zijn voor kunstvakdocenten in de vrije tijd, wisselt de pedagogisch-didactische bagage nogal. ‘Docenten ervaren dat als gemis, maar er zit geen prikkel in het systeem om zich te laten bijscholen’, aldus Waaijer.
Hoboïste en muziekdocent Helmke Janssen kan dat beamen. Soms mogen zzp’ers gratis aanschuiven bij studiedagen in centra voor de kunsten of muziekscholen. ‘Maar je investeert dan wel tijd waarvoor je niet betaalt wordt. En je houdt er toch al niet veel aan over.’
Fair pay staat hoog op de agenda, maar is complex. Want hogere honoraria moeten bij voorkeur niet leiden tot hogere leskosten. En Otine wijst op de risico’s voor amateurkunstverenigingen: ‘Hun ledenaantallen en dus hun inkomsten dalen. Hun dirigent of docent meer betalen is voor hen dus niet te doen. Daar moeten gemeenten echt iets in gaan doen.’
Volgens Jan van den Eijnden (LKCA) moet er tijdens de opleiding tot kunstvakdocent al wat gebeuren: ‘Die moet breder, zodat afgestudeerden zowel binnen- als buitenschools inzetbaar zijn.’ Ook zouden ze intervisie kunnen organiseren voor beroepsbeoefenaren die daar behoefte aan hebben.

Ziel van het vak

Kunstvakdocenten in het vo zijn zeer bevlogen, leert hun beroepsprofiel. ‘Ze willen hun passie doorgeven en de creatieve ontwikkeling van leerlingen stimuleren’, vertelt Sardes-onderzoeker Marinka Willemsen. Daarbij leggen ze de nadruk op het creatieve proces en benadrukken ze, net als hun collega’s in de vrije tijd, het belang van groeiend zelfvertrouwen en lef.
Naast vakinhoudelijke en pedagogisch-didactische competenties (zoals aansluiten bij de belevingswereld van leerlingen en een veilige leeromgeving creëren) moet je als kunstvakdocent in het vo ook kunnen samenwerken met collega’s in en buiten de school en met de culturele omgeving.
‘Mooi hoe de ziel van ons vak naar voren komt in dit profiel’, reageert Anne Bos (Voorzitter VONKC en dansopleider). ‘Het vraaggericht werken en het ontwikkelen van creatief vermogen komt goed naar voren.’ Conservatoriumstudieleider Christian Boel spreekt van een ‘mooi en helder document waarin kunstvakken, ook op het vmbo, serieus worden genomen’. Bovendien bieden ze de kunstvakopleidingen goede handvatten voor welk werkveld ze hun studenten precies opleiden. ‘Heel waardevol.’

Docent van de toekomst

De aanwezigen hopen en verwachten dat de geactualiseerde kerndoelen en examenprogramma’s straks ook kansen bieden om het vak (en daarmee het beroep) steviger neer te zetten. Zo komt er een grotere nadruk op procesgericht werken en op creativiteit.
Andere zaken die in de toekomst zullen spelen zijn onder meer diversiteit en inclusie en integraal en vakoverstijgend werken.
Het beroepsprofiel geeft schoolleiders beter zicht op wat de kunstvakken inhouden én kunnen betekenen voor een school. De in het profiel beschreven kunstvakdocent is ‘de docent van de toekomst’, merkt Huub Braam (LKCA) op: iemand die flexibel weet in te spelen op leerlingen, niet louter gericht is op kennisoverdracht en onderzoekend te werk gaat. Bos knikt. ‘Het zou mooi zijn als wij daarin een voortrekker kunnen zijn. Dit soort documenten helpt ons om een vak boven de streep te blijven.’

Leestips

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 0 / 5. totaal 0

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (0)
Praat verder over dit onderwerp met deze expert(s):
Ronald Kox (hij/hem/zijn)
Ronald Kox (hij/hem/zijn)
Functie: Specialist Cultuureducatie
Expertise: curriculumontwikkeling
ronaldkox@lkca.nl
030 711 51 42
Bekijk alle experts
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel