De impact van het NPO op cultuureducatie

Inhoudelijke terugkoppeling LKCAtelier van 4 november
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Maar liefst 8,5 miljard euro trok OCW dit voorjaar uit om leerlingen na corona weer op de rit te krijgen. Dit leidt tot een toegenomen vraag naar cultuureducatie, al zetten scholen dit wel vooral in voor sociaal-emotionele doelen. Valt er niet meer te halen?

Door de scholensluiting in coronatijd hebben veel leerlingen achterstanden opgelopen. Om deze ‘vertragingen’ weg te werken, zette OCW het tweejarige Nationaal Programma Onderwijs (NPO) op. Met een riant bijbehorend budget van 8,5 miljard euro. Scholen krijgen zo’n 700 euro per leerling die ze naar eigen inzicht mogen besteden aan een van de bewezen effectieve interventies op de zogeheten menukaart.

Geen duurzame onderwijsverbetering

Niet iedereen is onverdeeld gelukkig met het NPO. De belangrijkste kritiek, onder meer vanuit de diverse onderwijsraden, is dat het wel erg veel geld is dat scholen in zeer korte tijd moeten besteden. En dat in tijden van een nijpend lerarentekort. Dat leidt tot minder doordachte en ad hoc bestedingen in plaats van duurzame onderwijsverbetering, vrezen de raden. ‘De besturenraden voelen zich buitenspel gezet’, vertelt Ronald Kox (LKCA).

Kritiek is er ook op het feit dat scholen de besteding niet apart hoeft te verantwoorden. De NPO-gelden zitten in hun lumpsum. De enige controlerende instantie is daardoor de medezeggenschapsraad. Daarom heeft LKCA voor de zomer een flyer gestuurd naar alle MR’s om hen te attenderen op het belang van kunst en cultuur.

Welbevinden van leerlingen

Uit de eerste NPO-voortgangsrapportage blijkt dat scholen cultuureducatie vooral inzetten voor het welbevinden van leerlingen. Cultuur behoort tot de interventies waar relatief veel leerlingen mee worden bereikt (SO: 4e plaats en VO 3e plaats). Dat is niet vreemd, want het gaat vaak om groepsactiviteiten en niet om bijvoorbeeld een-op-een werken. Ook de aanbieders melden een duidelijke groei in vraag vanuit scholen. ‘De vraag is wel: plaatsen scholen het in een leerlijn of is het even een activiteit tussendoor?’, stelt Kox. Uit de cijfers valt vooralsnog niet te halen of scholen ook inzetten op het leergebied kunst en cultuur zelf, waarin, net als bij andere vakken, leerlingen natuurlijk ook een achterstand opgelopen kunnen hebben.

Astrid Rass (VCPS, Vereniging CultuurProfielScholen PO en VO) ziet op basis van een peiling onder de leden, dat CultuurProfielScholen, net zoals andere scholen, veel ruimte maken voor cognitieve doelen en de basisvakken, bijvoorbeeld via klassenverkleining, bijspijkerklassen (met  name voor VO) of extra handen voor de klas (met name PO). Maar zeker ook versterkt inzetten op extra kunst- en cultuuractiviteiten om te werken aan het welbevinden van leerlingen. ‘VO-scholen zetten kunstactiviteiten bijvoorbeeld vaak in tijdens een introductieweek of projectweken gedurende het jaar om onder leerlingen weer saamhorigheid en een groepsgevoel te creëren. Of om betekenis te geven aan ervaringen tijdens de coronaperiode’, vertelt Rass.

Kansrijke interventies

Ook basisscholen huren extra vakleerkrachten in, wederom gericht op het welbevinden van leerlingen. Verder benoemen ze het portfolio als een kansrijke interventie om het eigenaarschap van leerlingen en het leren leren te bevorderen. Ook kunst en cultuur kan daarin een plek krijgen.

Allerd van den Bremen (Vereniging Leraren Schoolmuziek en medewerker FleCk) bevestigt dat de vraag naar vakleerkrachten enorm toegenomen is. ‘We horen van studieopleiders in het HBO dat VO-scholen in de rij staan voor hun vierdejaars. Die krijgen direct een vaste baan aangeboden, dat is echt ongekend.’ Voor het PO is de zorg of wel in de vraag kan worden voorzien, mede omdat veel zzp’ers niet toegerust zijn voor het lesgeven aan grote groepen. De VLS gaf dan ook een noodsignaal af aan kunstvakopleidingen: leid studenten ook op voor lesgeven op basisscholen.

Meerwaarde van kunstvakdocenten

Anne Bos (VONKC, Vereniging Onderwijs Kunst en Cultuur en coördinator vooropleiding dans) voegt er nog enkele zorgen aan toe. ‘Wordt er wel gekeken naar het leergebied kunst en cultuur zelf en het wegwerken van vertragingen daarin? En is die groeiende vraag naar onze diensten wel structureel?’ Het besteden van de NPO-gelden, zo ziet hij bij veel scholen, is vooral een haastklus. ‘Een volgende slag zou goed zijn: zetten we nog wel steeds in op de juiste dingen?’  

Paula Hoonhout (OBS Wereldwijs) kan een positiever geluid laten horen. Ze heeft met de NPO-gelden zes vakleerkrachten aangesteld voor één tot twee dagen per week. Terwijl de leerkracht de ene helft van de klas bijspijkert in de basisvakken, volgt de andere helft les bij de vakleerkracht. ‘Zoiets hadden we natuurlijk ook eerder kunnen bedenken, maar pas door NPO komt zo’n brainwave er.’ Ze wil de vakleerkrachten op termijn vast in dienst te nemen. ‘We zetten in op duurzaamheid. Dat is een kwestie van keuzes. We hebben de inspectie al mee, want die benadrukt het belang van brede vorming.’

‘Mooi voorbeeld’, vindt iedereen. Dit soort contracten maakt het voor vakleerkrachten aantrekkelijker voor scholen te werken. Bovendien: als zij onderdeel worden van een schoolteam kunnen kunst en cultuur echt voet aan de grond krijgen. ‘Het NPO biedt dus de kans om de meerwaarde van kunstvakdocenten in de school te laten zien’, vat Kox samen.  

Investeren en keuzes maken

Het getrek aan vakleerkrachten door de NPO-gelden kan de inspanningen van CmK 3 doorkruisen. De kunst is om scholen te overtuigen dat ze beter kunnen kiezen voor de lange adem, stelt Pauline van der Mark (Artiance). Werken aan leerlijnen en vakoverstijgende methodieken in plaats van losse activiteiten. ‘Bijvoorbeeld de koppeling van een kunstvak aan burgerschap of taal. Onze boodschap: als je iets wilt met cultuureducatie, moet je er ook in investeren en keuzes maken.’

Om scholen te overtuigen, zijn goede voorbeelden broodnodig. Evenals informatie over de effecten van kunst binnen de school en op het leren van leerlingen. Ook daarvoor biedt NPO kansen. Het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO) heeft van OCW de opdracht gekregen om nader onderzoek te doen naar tien kansrijke interventies. Wij zetten erop in dat kunst en cultuur tot die tien gaat behoren. Het LKCAtelier eindigt daarom met de oproep om mooie initiatieven plus scholen waar die plaatsvinden door te geven.

Leestips

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 4.6 / 5. totaal 10

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (1)
Jillis Verbeek 01-12-2021

Basisschool de Schatgraaf in Arnhem zet NPO gelden in voor coaching van collega-leerkrachten in de klas gericht op het eigen maken van het creatief proces icm inzetten doorlopende leerlijn-kwaliteitskaarten van verschillende kunstdisciplines. Nieuwe leerkrachten en verdieping. Deze Coaching in de klas wordt vanuit NPO-budget gedaan door de ICC’er van de school. Dat zijn extra uren naast haar leerkracht-uren.

reageer
Ronald Kox 02-12-2021

Dank voor het doorgeven!

reageer
Praat verder over dit onderwerp met deze expert(s):
Ronald Kox (hij/hem/zijn)
Ronald Kox (hij/hem/zijn)
Functie: Specialist Cultuureducatie
Expertise: curriculumontwikkeling
ronaldkox@lkca.nl
030 711 51 42
Bekijk alle experts
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel