Als onderdeel van de Pilot Nationaal Akkoord Amateurkunst helpt NOA culturele instellingen en amateurkunstgroepen om samen te werken aan de toekomst. Dit traject biedt ondersteuning en inspiratie voor innovatieve projecten. Daarbij staat de vraag centraal: wat heeft de sector nodig om duurzaam te blijven groeien? 

De Pilot Nationaal Akkoord Amateurkunst vindt haar oorsprong in de ‘Meerjarenbrief 2023-2025: De Kracht van Creativiteit’ (november 2022) van toenmalig staatssecretaris voor cultuur Uslu. Daarin pleitte zij voor een structurele, samenhangende aanpak van de ondersteuning van amateurkunstgroepen:

‘Ik investeer in de sectorontwikkeling en -vernieuwing van amateurkunst. Ruim zeven miljoen mensen doen aan amateurkunst. Tegelijk blijken voorzieningen voor amateurs kwetsbaar. Ik zet in op een Nationaal Akkoord Amateurkunst (werktitel) met afspraken tussen OCW, IPO en VNG over een structurele, samenhangende aanpak van de ondersteuning van amateurkunstgroepen.’

Namens OCW draagt LKCA met een ontwikkeltraject bij aan samenwerking, ontwikkeling en kennisdeling binnen de pilotregeling. Alle deelnemende pilots nemen dit mee in hun plannen, nemen deel aan het traject en worden gevraagd tijd te reserveren om te monitoren en evalueren. Met het ontwikkeltraject realiseren we samen met de pilotorganisaties dat: 

Voor het ontwikkeltraject betrekt LKCA drie specialisten die dit gaan vormgeven en uitvoeren, samen met de organisaties die meedoen en LKCA-medewerkers. De specialisten zijn: