Op weg naar wettelijke verankering voor cultuur?
Wie voelt zich verantwoordelijk voor cultuureducatie en amateurkunst? Tot twintig jaar terug had bijna elke gemeente een eigen gesubsidieerde muziekschool of centrum voor de kunsten met kunstdocenten in vaste dienst. Die infrastructuur is inmiddels voor een belangrijk deel verdwenen. Gemeenten voelen zich tegenwoordig niet of minder verantwoordelijk om zulke culturele voorzieningen in stand te houden.
Daarentegen hebben de meeste gemeenten en provincies de afgelopen twee decennia wel cultuuronderwijs op hun scholen gestimuleerd en gefinancierd. Alleen krijgen ze lang niet alle scholen mee. En tijdens een pandemie of bij een lerarentekort ziet een welwillende school zich toch ook weer snel genoodzaakt om kunst en cultuur te schrappen uit het curriculum. Wie wijst hen op hun verantwoordelijkheid?
Het is daarom dat er vanuit de culturele sector steeds meer naar de overheid wordt gekeken, en haar wordt gevraagd om meer verantwoordelijkheid te nemen binnen de sector.
Voor het cultuuronderwijs op scholen is er een vraag naar meer richtinggevende kerndoelen voor het leergebied Kunstzinnige oriëntatie. Er is behoefte aan een Onderwijsinspectie die ook serieus en structureel toeziet op het naleven van deze kerndoelen. En als het gaat om lokale voorzieningen voor kunst en cultuur klinkt de laatste jaren steeds vaker de roep om een ‘zorgplicht voor cultuur’ voor lokale en provinciale overheden.
Zorgplicht zou bijvoorbeeld betekenen dat gemeenten en provincies wettelijk verplicht zijn om culturele voorzieningen in stand te houden. Zo ontving de staatssecretaris begin 2024 van de samenwerkende podiumkunstensector een oproep tot de wettelijke verankering van cultuur. Eerder hield de Raad voor Cultuur eenzelfde pleidooi.
Ook ambtenaren en sommige politici verlangen meer wettelijke sturing op het terrein van cultuur. D66 en GroenLinks-PvdA dienden vorig jaar een motie in ‘voor een zorgplicht voor cultuur’. En uit onderzoek van LKCA naar cultuureducatie- en amateurkunstbeleid blijkt dat ook veel cultuurambtenaren behoefte hebben aan wet- en regelgeving op hun domein.
Het achterliggende idee is dat met een ‘zorgplicht’ en ‘wettelijke verankering’ het beleid en de budgetten voor cultuur bij gemeenten en provincies mogelijk beter veiliggesteld kunnen worden. Die veiligheid is er nu niet. De wetgeving daartoe ontbreekt nu voor gemeenten en provincies. Zij hebben alleen op het terrein van erfgoed en bibliotheken wettelijk vastgelegde taken.
De vrijblijvendheid die hierdoor ontstaat baart de culturele sector steeds meer zorgen
Uit CBS-onderzoek naar cultuurlasten van gemeenten en provincies in 2023 blijkt dat zij van de verschillende overheden met 2,6 miljard euro veruit de belangrijkste financiers in de cultuursector zijn. De zorg is dat gemeenten en provincies die rol gaan verkleinen als gevolg van kerntakendiscussies. Als er keuzes gemaakt moeten worden, bijvoorbeeld vanwege bezuinigingen, dan bestaat het reële gevaar dat de beleidsdomeinen waar geen wettelijke taak voor is de dupe worden. Het verdwijnen van gemeentelijk gesubsidieerde muziekscholen en centra voor de kunsten is hiervan een voorbeeld. En met de komst van het beruchte ‘ravijnjaar’ in 2026 wordt dat gevaar alleen maar pregnanter.
Zo ziet accountantskantoor BDO in zijn jaarlijkse doorlichting van de gemeentelijke financiën dat met het oog op het naderende ravijnjaar een kwart van de gemeenten al is begonnen met bezuinigingen op cultuur en sport. ‘We zien dat de verschraling toeneemt, we zien dat subsidies worden teruggedraaid’, aldus Marc Steehouwer, partner bij BDO Accountants & Adviseurs (NRC, 2025). Ook uit het CBS-onderzoek naar cultuurlasten blijkt dat het aandeel van cultuur in de gemeentelijke begrotingen inderdaad inmiddels langzaam afneemt.
Zou meer wetgeving inderdaad de heilige graal zijn in het licht van deze gevaren? Dat is natuurlijk moeilijk te voorspellen. Toch stellen we de vraag: Wat kunnen we wel en wat kunnen we niet verwachten van zo’n wettelijke vastgelegde taak voor cultuur? We proberen deze vraag in een reeks van vier artikelen te beantwoorden.
- Deel 2 (verschijnt in juni 2025): Werkt de Vlaamse wettelijke verankering van buitenschoolse cultuureducatie en cultuurparticipatie?
- Deel 3 (verschijnt in september 2025): Zou meer wettelijke verplichting voor binnenschoolse cultuureducatie effectief zijn?
- Deel 4 (verschijnt in december 2025): De verankering van binnenschoolse cultuureducatie in het buitenland.
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)