Vind jij een wettelijk verplichte kunstvakdocent een goed idee?
Paula Hoonhout, directeur basisschool Wereldwijs in Amsterdam
‘Eerst je visie op orde hebben en hoge doelen stellen’
‘Ik ben het ermee eens dat we af moeten van al die tijdelijke subsidies en Arno’s pleidooi om nu eens iets structureels te doen, ondersteun ik. Maar een kunstvakdocent op elke basisschool betekent nog niet meteen goed cultuuronderwijs. Je moet eerst je visie op orde hebben en hoge doelen stellen. Want een kunstvakdocent die de doelen van cultuuronderwijs niet omarmt, is evengoed een losse flodder.’
‘Het moet gaan om de culturele ontwikkeling van kinderen en daar moet je als school een visie op hebben. Onze school heeft zeven kunstvakdocenten in dienst, samen goed voor 2,5 fte. Wij werken in ons cultuuronderwijs aan zes competenties: creërend, reflectief en onderzoekend vermogen, en samenwerken, zelfstandig werken en presenteren. Dit stelt dus eisen aan de kunstvakdocenten, zij moeten in hun lessen het proces en de ontwikkeling van deze competenties centraal stellen.’
‘Op dit moment betalen we deze docenten grotendeels vanuit de gelden van het Nationaal Programma Onderwijs. Het zou mooi zijn als hier structureel geld voor kwam. Daarom vind ik het een gemiste kans dat burgerschap een basisvaardigheid is geworden. Het is mooi dat de overheid erkent dat er meer is dan taal en rekenen, maar ze had breder mogen gaan en culturele competenties moeten aanwijzen als basisvaardigheden. Vragen stellen, nieuwsgierig zijn, reflecteren op wie je bent en hoe je je verhoudt tot anderen en de samenleving – het is zoveel rijker om dat vanuit cultuuronderwijs te benaderen. Als maatschappij en overheid samen cultuur als basis erkennen, kan er wat in beweging komen. Dan moeten scholen ook verantwoording afleggen over hoe ze het aanpakken. En daar kan een kunstvakdocent bij horen, maar dat hoeft niet.’
Emiel Heijnen en Melissa Bremmer, beide lector Kunsteducatie aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten
‘De pedagogisch-didactische scholing zou dan meer aandacht mogen krijgen’
EH: ‘We zijn het eens met Arno’s voorstel. Het huidige stelsel positioneert kunstonderwijs nu nog te veel als bijgerecht, als kers op de taart in plaats van als onderdeel van het beslag.’
MB: ‘Daardoor krijgt de ingevlogen kunstvakdocent weinig kans om een lange leerlijn te maken en een pedagogische relatie met leerlingen aan te gaan. Ander bezwaar is het woud aan subsidieregelingen.’
EH: ‘Scholen die handig zijn in subsidie aanvragen, krijgen het geld. Dat creëert kansenongelijkheid. Dus in elk schoolteam één, twee of meer vakspecialisten, ja graag!’
MB: ‘Je moet wel zorgen dat zo’n kunstvakdocent niet versnipperd raakt over tal van scholen. Maar dat kun je oplossen door een kunstvakdocent bij een schoolbestuur of regionale stichting in dienst te nemen.’
EH: ‘En hun pedagogisch-didactische scholing zou nog meer aandacht mogen krijgen. Het ideaalplaatje is als ze op termijn ook lesbevoegdheid als groepsleerkracht verwerven. Die mogelijkheden worden interessant als je de wettelijke verplichting van elke school een vakdocent invoert.’
MB: ‘Je kunt als kunstvakdocent dan veel meer meedenken over het curriculum en kunst als onderdeel van vakoverstijgend onderwijs. Dat is wat we onze studenten nu al mee proberen te geven.’
EH: ‘In ons onderzoek verkennen we ook die dwarsverbanden, bijvoorbeeld tussen dans en tweedetaalverwerving, tussen burgerschap en kunst en tussen wetenschap, techniek en kunst.’
MB: ‘Als school hoef je niet alle kunstdisciplines in huis te hebben. Doe er liever twee goed, dan vier of vijf middelmatig. Aan die andere disciplines kun je projectmatig aandacht besteden door samenwerking met culturele instellingen.’
EH: ‘Je hoeft dus niet de huidige samenwerkingen af te breken, maar die moeten aanvullend zijn, niet zoals nu de hoofdmoot.’
Andrea Svedlin, senior beleidsadviseur gemeente Rotterdam
‘Laten we dit
onderwijs-
vraagstuk nu eens een keer goed regelen’
‘Ik was verheugd dat Arno het balletje weer eens opgooide. Deze discussie moeten we serieus gaan voeren. We hebben indertijd de verkeerde afslag genomen door het bevorderen van cultuureducatie alleen neer te leggen bij culturele instellingen. Want het is een onderwijsvraagstuk.’
‘Inmiddels zitten we al bijna in de vierde ronde van Cultuureducatie met Kwaliteit. Steeds is het motto structurele verankering, maar we blijven maar financieren met tijdelijke middelen. Laten we dit nu eens een keer goed regelen. En laten de O en de C van het ministerie dezelfde boodschap uitdragen. Het kan niet zo zijn dat de C het belang van cultuuronderwijs benoemt en de O dat negeert en vooral hamert op basisvaardigheden.’
‘Je hebt kunstvakdocenten in alle disciplines nodig. Welke een school kiest, is aan haar. In Rotterdam zorgen we via de combinatiefuncties voor structureel maatwerk. Daarnaast hebben we nu de pilot Slim organiseren, met kunstvakdocenten op acht basisscholen. Zo helpen we bij het lerarentekort én zorgen we dat kunstonderwijs breder ingebed raakt op scholen. We steken veel tijd in gesprekken met beide partijen, over verwachtingen over en weer. Als het eenmaal loopt, dan krijg je er veel voor terug. Je vliegt niet even iemand in, maar brengt structureel iets nieuws de school binnen, zoals creatief denken.’
‘Natuurlijk heb je goede en slechte kunstvakdocenten, maar dat geldt voor alle leraren. En ja, het kost wat en mogelijk zijn er te weinig bevoegde kunstvakdocenten. Maar dat kan geen reden zijn om er niet aan te beginnen. Dat zijn obstakels die je moet oplossen, net zoals dat bij het bewegingsonderwijs gebeurde.’
Evert Bisschop Boele, lector Kunsteducatie en leading lector van het Kenniscentrum Kunst & Samenleving, Hanzehogeschool Groningen
‘Het stilzwijgende idee dat de professionals wel weten wat goed is, deel ik niet’
‘Ik vind het wat kort door de bocht. Goed voor de discussie, maar het roept bij mij vooral veel vragen op. Want wat voor een kunstvakdocent is dat dan? Krijgt elke school een muziekdocent of een dramadocent? Of mag een school dat zelf weten? Of het ene jaar dit en het andere jaar dat? Om zoiets wettelijk op te leggen vind ik bovendien ingewikkeld. Want wat vraag je precies van scholen en welke boodschap geef je af? Jullie doen het zelf niet goed? Is dat nou het gesprek dat we met scholen willen voeren?’
‘De redenering lijkt: als we maar een kunstvakdocent inzetten, dan is de kwaliteit gegarandeerd. Dat betwijfel ik. En wat vinden we eigenlijk kwaliteit? Is cultuuronderwijs een kwalificerende vorm van onderwijs of is het persoonsvorming? Het stilzwijgende idee dat de professionals wel weten wat goed is, deel ik niet. Het gevaar bestaat zelfs dat je een eenzijdige visie krijgt op wat kunst en cultuur is: dat wat je op het podium, in het museum en de concertzaal gebeurt. Dat is een optie, maar niet per se het rolmodel. Onderwijs moet juist alle opties van kunstbeoefening ontsluiten, niet één ervan centraal stellen.’
‘Een ander bezwaar ten slotte: we hebben al een bewegingsdocent en misschien een kunstvakdocent. Straks krijgen we ook nog de burgerschapsdocent en techniekdocent en voor we het weten is het po vo geworden. Dat vind ik bepaald geen ideaalbeeld. De samenwerking tussen vakdocent en groepsleerkracht is belangrijk. Juist door de voortdurende interactie en integratie met andere lessen gaat het werken.’
Garry Wiersema, historicus, erfgoeddocent en zij-instromer Meppel
‘Ik pleit voor de hybride docent: groeps-
leerkracht én vakdocent tegelijk’
‘Mijn eerste reactie was: dit heeft wel wat haken en ogen. Allereerst zou ik het graag verbreden naar cultuurdocent, want kunst is me een beetje te smal. Verder moet je oppassen dat je niet allemaal aparte vakken creëert. Ik zie juist op scholen veel behoefte aan vakoverstijgend en thematisch onderwijs, waarbij je kunst en erfgoed integreert met bijvoorbeeld taal, rekenen en wereldoriëntatie. Dat stelt hoge eisen aan cultuurdocenten. Als je niet goed geschoold bent, kun je geen rijke leeromgeving bieden.’
‘De kunstvakken ondersteunen meer wat onderwijspedagoog Gert Biesta subjectivatie, persoonsvorming, noemt, en minder de socialisatie en het wereldgericht onderwijs. Juist dat laatste hebben we nodig in ons onderwijs.’
‘Ik deel Arno’s pleidooi voor structurele oplossingen. Subsidies zijn bedoeld om zaadjes te planten. De CmK-penvoerders moeten zichzelf overbodig maken, maar dat is niet wat ik zie gebeuren. Telkens ontwikkelen ze weer nieuwe projecten in plaats van te werken aan borging. Scholen leunen achterover, want iemand van buiten regelt het allemaal. En zolang dat zo is, zullen ze niet hun best doen om iets te borgen.’
‘De meest logische gedachte is: geef het geld aan de scholen met de taak het nu zelf structureel te regelen, uiteraard binnen bepaalde kaders. De tijd van duizend bloemen laten bloeien, is voorbij. Dat kan prima in de vorm van een verplichte cultuurdocent. Je zou dan wel iets moeten bedenken om te zorgen dat zo’n docent niet allemaal losse en kleine aanstellingen heeft. Ik pleit voor hybride docenten: iemand die én groepsleerkracht én vakdocent is. Zo heb je binding met een schoolteam, leerlingen en het curriculum en kun je ook op een professionele manier cultuur borgen in het onderwijs.’
Regel het bij wet
Wat voor het bewegingsonderwijs kan, kan ook voor het cultuuronderwijs. Leg wettelijk vast dat elke basisschool verplicht minimaal één kunstvakdocent heeft. Dan wordt cultuuronderwijs minder afhankelijk van politieke keuzes en van tijdelijke (subsidie)regelingen. En zo borg je de kwaliteit en kwantiteit van dat onderwijs. Dit is in het kort het pleidooi van LKCA-onderzoeker Arno Neele. Lees hier zijn volledige blog.
Ronald Kox, specialist cultuureducatie bij LKCA, publiceerde op het opinieplatform Cultureel Kapitaal zijn visie op de wettelijk verplichte kunstvakdocent. Zijn er bijvoorbeeld wel genoeg bevoegde kunstvakdocenten?
Geef jouw visie
Wat vind jij, moeten we scholen verplichten tot het aanstellen van een kunstvakdocent voor cultuureducatie? Geef je visie als reactie onder dit artikel.
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)