Als mensen samenleven, dan ontwikkelen zij vanzelf patronen waarmee de sociale interactie hanteerbaar en voorspelbaar wordt. Die patronen vormen zich tot een complex van waarden en conventies dat kenmerkend is voor die specifieke groep of samenleving. Pascal Gielen heeft dat culturele ‘maat’ genoemd.
Daartegenover plaatst hij culturele ‘onmaat’, die hij koppelt aan creativiteit en in het bijzonder aan de autonome verbeeldingskracht van kunstenaars: Cultuur is de alomvattende ‘way of life’ en creativiteit kan daarbinnen (in verschillende domeinen zoals economie, politiek, onderwijs) veranderingen aanbrengen. Echter, alleen binnen de kunsten kan de creativiteit an sich blijvend tot doel worden genomen. Vandaar dat een toonaangevende maat die binnen de kunsten dient gevolgd te worden, paradoxaal die van de onmaat is.