Toen Siela Ardjosemito-Jethoe in de oudercommissie zat van de basisschool van haar kinderen, zette ze met de werkgroep kunst en cultuur in op diversiteit. Het culturele leven van de kinderen werd verbreed en verdiept. Nu is er weinig meer over van de plannen van toen. Hoe borg je aandacht voor culturele diversiteit?
Door Siela Ardjosemito-Jethoe
In 2011 sloot ik aan bij de oudercommissie op de basisschool van mijn kinderen. De werkgroep kunst en cultuur kwam onder mijn verantwoordelijkheid, dat past bij mijn achtergrond. Naast bezoeken aan Haagse musea zetten we in op diversiteit. We boden een interessant verbredend en verdiepend palet aan, zodat de kinderen werden blootgesteld aan een rijke, minder eurocentrische wereld aan kunst en cultuur. Dit alles namen we op in een vijfjarenplan en borgden we met consensus van de zittende schoolleiding.
Regelingen voor cultuur
Het belang van kunst en cultuur was enige tijd echt in de vergetelheid geraakt en de culturele ontwikkeling als onderdeel van het leerproces van kinderen kwam onder druk. Vanuit de nationale overheid werden er (impuls)regelingen opgetuigd. In mijn tijd als beleidsadviseur erfgoed en kunsten bij het ministerie van OCW zag ik er een aantal voorbijkomen: het programma Cultuureducatie met Kwaliteit, de stimulering vanuit Meer Muziek in de Klas, de regelingen Cultuur voor Ieder Kind en Ieder Kind een Instrument.
Mijn kinderen leerden via zo’n programma klarinet en viool spelen en traden op met het Residentie Orkest. Een vraag hierbij is: met welke instrumenten maken de kinderen kennis en waarom met die?
Bewegen en stilstaan
Cultuur vierde hoogtij op de basisschool van mijn kinderen, met veel verschillende pro-gramma’s en samenwerkingspartners in de stad. De kinderen maakten bijvoorbeeld een film en de première vond plaats in het Filmhuis. Ze volgden workshops Turkse volksdans, break-dance, Indiase klassieke dans en ballet. Hun culturele leven werd verbreed en verdiept.
Op dit moment is er weinig over van de destijds geformuleerde plannen. Dit soort plannen valt of staat met de ouders en de gecreëerde betrokkenheid. De vraag is dus: op welke manier kan een diverse cultuurbeleving, als onderdeel van het beleid en de uitvoering, worden opgenomen in de structuur van het basisonderwijs?
Knelpunten
Mijn kinderen zaten op school in Bezuidenhout, een groot deel van de ouders was onbeperkt: westers, wit, hoogopgeleid, financieel goed bedeeld en hetero. De oudercommissie is een afspiegeling van deze context. Dit had en heeft zijn weerslag op de programmering van de kunst- en cultuuractiviteiten. Diversiteit in die groep zorgde na veel overleggen, overtuigen en debatteren voor een diverser palet.
Vanuit mijn perspectief zie ik hier dus een aantal zaken: hoogopgeleide ouders, die het wel kunnen ‘regelen’, over een breed netwerk beschikken, subsidies weten aan te schrijven enzovoort. Met deze ingrediënten kan je dus best wat voor elkaar krijgen. Echter als de afstemming, de betrokkenheid en de diversiteit niet is geborgd vanaf de start, dan is verval een logisch vervolg.
Zorgen voor inbedding
Wat is er nodig? We moeten met aanhoudende kracht, inzicht en kennis het gesprek voeren over structurele borging van diversiteit in de cultuurbeleving. We moeten samen werken aan een gestructureerde inbedding van een divers kunst- en cultuuraanbod. Dit vraagt – naast tijd en ruimte – om meerstemmige inzichten en competenties.
De vraag is: In hoeverre is de schoolleiding bereid om hierin te investeren, dit op te nemen in de reguliere bedrijfsvoering en hier ook zelf achter te staan?
Siela Ardjosemito-Jethoe schreef deze column voor het symposium Landelijk Cultuuronderwijsbeleid, georganiseerd door Boekmanstichting, Erasmus Universiteit Rotterdam en LKCA
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)