Door Marlies Tal en Sanne Scholten
Wij riepen een jaar geleden op tot grondige herijking van het cultuurbeleid. Het cultuurbeleid is nu slechts gericht op een deel van het culturele leven en sluit daarmee mensen en vormen van cultuur uit. Wat zou er moeten veranderen? We zochten naar antwoorden aan de hand van de thema’s kansengelijkheid, diversiteit en inclusie en kunst als onderdeel van een duurzame en gezonde samenleving. Mede op basis van input uit de sector beschrijven wij nu in acht adviezen een aanzet voor het cultuurbeleid van de toekomst.
1. Denk vooruit en kom tot sterke, maatschappelijk relevante doelstellingen
Cultuurbeleid is teveel gericht op behouden van wat al is, met in de marge wat vernieuwing. Draai dat om: vernieuwing vanuit maatschappelijke betrokkenheid en een oprechte ambitie tot inclusie moeten centraal staan.
‘Theater, kunst en musea aantrekkelijk houden voor de hele samenleving. Dat is het doel van een eigentijds cultuurbeleid waar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) aan werkt,’ zo staat te lezen op de website van de rijksoverheid bij het cultuurbeleid voor de periode 2021-2024. Natuurlijk, de bijbehorende nota heet Cultuur voor iedereen. Toch is het citaat veelzeggend voor de manier waarop in de cultuursector wordt geredeneerd vanuit bestaande instituties. Een goede doelstelling van het cultuurbeleid zou zich moeten richten op de inwoners van Nederland en niet alleen artistiek maar ook maatschappelijk relevant zijn.
Kunsten ’92 maakte met partners een mooie voorzet voor de Tweede Kamer-verkiezingen 2021 in de handreiking Zet Cultuur op de Agenda.
2. Richt beleid en stelsel in op basis van doelstellingen
Denk na over de consequenties van je doelstelling: als iedereen ongeacht opleidingsniveau toegang tot cultuur moet hebben, moet je cultuureducatie binnen alle onderwijstypen gelijkwaardig aanbieden. Als je een pluriform aanbod wilt garanderen, kun je je geld niet hoofdzakelijk in de Randstad investeren of alleen kunstenaars met een hbo-opleiding waarderen. Kijk vanuit de geformuleerde doelstellingen ook opnieuw naar de taakverdeling tussen Rijk, provincie en gemeenten.
3. Zelfstandig én in verbinding
Om de doelstellingen te behalen, is een sterke cultuursector nodig. Maar vooral moet die sector ook goed verbonden zijn met andere domeinen, zoals onderwijs, zorg, bedrijfsleven. Daarop moet gestuurd worden vanuit het cultuurbeleid én vanuit die andere beleidsterreinen. Een cultuurminister moet bondgenootschappen sluiten met haar collega’s, want goed voorbeeld doet goed volgen. Gelukkig blijkt menig gemeentelijk beleidsmedewerker cultuur de collega’s van het sociaal domein online al makkelijker te vinden dan voor de pandemie.
4. Focus op wat cultuur doet, niet op wat het is
Denk minder vanuit wat cultuur is en meer vanuit wat cultuur doet, vanuit het proces, en wat dat mensen brengt. Zo hebben makers en instellingen de ruimte het perspectief te verbreden, want wie wil je eigenlijk bereiken, waarom is dat voor die groep relevant en hoe pak je dat aan? Heb je verschillende manieren verkend waarop je je verhaal kunt vertellen en zijn er partners waarmee je een nog mooier resultaat krijgt? Oh ja, neem meteen de eerste waarde uit Waarden voor een nieuwe taal mee: zie het publiek als deelnemer en co-creëer. Dat komt de inclusie ten goede.
5. Werk vanuit vertrouwen en impact
Probeer zoveel mogelijk energie naar het proces, naar de doelstelling en de impact te laten gaan en werk als financier daarom vanuit vertrouwen met organisaties samen. Focus in monitoring en verantwoording op impact en niet alleen op cijfers. Wees comfortabel met de mogelijkheid dat zaken anders lopen en maak daar ruimte voor. Zorg ook voor een stevig onderzoeksbudget in het cultuurbeleid, zodat met onderzoek de praktijk kan worden versterkt.
6. Verbreed het begrip kwaliteit
We moeten af van artistieke kwaliteit in smalle zin als hét hoogste kwaliteitscriterium. De kwaliteitscriteria moeten worden afgeleid van de beleidsdoelstellingen. Daar zal artistieke kwaliteit ongetwijfeld onderdeel van zijn, maar die positie moet minder dominant worden. Pieter Bots deed in Boekman 126 al een mooie aanzet tot herijken van dit criterium.
7. Maak echt werk van verscheidenheid
Als we echt werk willen maken van een divers en inclusief cultuurbeleid dan moet dat niet alleen voorwaarde zijn, maar moeten we het ook actief opzoeken. Met de Code D&I lopen we in de culturele sector voor op sommige andere sectoren en kunnen we hen inspireren. Maar dan moeten we het ook wel echt in onze haarvaten doorvoeren op het gebied van personeel, programma, publiek en partners.
8. Benut de kunstenaarsmindset
Kunst als middel vinden we een vies woord, maar waarom benutten we de denkkracht van de kunstprofessional niet vaker? Ze zijn goed in het uitdagen van je blik op de wereld, kunnen je verrassen met beelden waardoor je op het pad van de oplossing kunt komen en zijn wars van welke kaders dan ook. Welke denktank dan ook doet zich zelf te kort, als de kracht van de kunstenaar niet wordt benut.
- Dit artikel is geschreven op basis van de reacties uit het veld, een podcastserie en een LKCAtelier
- Lees hier het eerdere artikel van Sanne Scholten en Marlies Tal over herijking van het cultuurbeleid
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)